Wie ben ik? Een zoektocht naar identiteit

jezelf-zijnIk ben een tijdje op zoek geweest naar mezelf. Schrik niet, ik dook niet meteen in de zelfhulpboeken. En geld om te gaan mediteren in Nepal had ik niet. Maar ik voelde me versnipperd en kleurloos. Ik was mijn identiteit kwijt. Mijn bedrijfsidentiteit, om precies te zijn.

Een poos wist ik niet goed hoe ik het merk Cora Bastiaansen moest verkopen. Een veelzijdig merk. Waarop wilde ik me richten? Boekjes gelezen over Marketing en Personal Branding, een blog gevolgd via RSS en wat workshops bijgewoond en gesprekken gevoerd met experts.

Een nieuwe huisstijl zou vast uitkomst bieden en een duw in de goede richting geven. De bedrijfsnaam had ik eerder al veranderd van Bastiaansen Teksten & Taken (onduidelijk en lastig voor mijn buitenlandse klanten) in Bastiaansen Language Support.

Een eerste ontwerp voor een nieuw logo bevatte zwart en het paars van de look waar ik ooit mee was gestart. Daar werd ik een beetje somber van. Met een kleine aanpassing dachten ontwerper en ik het gevonden te hebben, maar na er een paar maanden op gekauwd te hebben, bleek ik daar toch ook niet gelukkig van te worden. Er zat geen verhaal achter. Ik kon het niet uitleggen… Ik was het niet. Het was niet mij.be different

Ik wist inmiddels wel dat ik meer kleur wilde, maar nog niet welke en hoe. Ook vond ik het initiële idee van ontwerper Caspar heel goed: het visitekaartje als boekenlegger, dat paste bij me en was anders.
Een ontmoeting tijdens een netwerkbijeenkomst zette me op een ander pad en met de tip van een designer wendde ik me weer aarzelend tot die van mij. Ik vond het moeilijk om te zeggen dat ik nog niet tevreden was, maar hij was blij met mijn eerlijkheid en ging weer aan het werk. En met een resultaat dat bij een aantal proefkonijnen veel lof oogstte en waar ik, hoe langer ik ernaar keek, steeds blijer van werd. Het heeft alles wat bij mij past: kleur, warme rondingen (het eerste ontwerp was hard en puntig), schakels, en de C van Cora, van Connecting, van Communiceren…

Visitekaartje_msV

Met dank dus aan Damien Bird en vooral Caspar ten Berge voor de hulp bij het vinden van mijn nieuwe identiteit.

En kijk meteen hoe al mijn communicatie nu weer straalt:

Ook ervaringen met personal branding of design? Ik hoor ze graag.

2011 blog-jaaroverzicht

The WordPress.com stats helper monkeys prepared a 2011 annual report for this blog.

Here’s an excerpt:

A New York City subway train holds 1,200 people. This blog was viewed about 6.300 times in 2011. If it were a NYC subway train, it would take about 5 trips to carry that many people.

Click here to see the complete report.

Alleen is maar alleen

Samenwerken als zzp’er.

Misschien heb je al eens samengewerkt met een collega-ondernemer of denk je erover na. Of je hebt het al eens overwogen, maar durfde het niet aan; je wist niet hoe je het moest aanpakken.

Hier zijn een paar basisrichtlijnen om je op weg te helpen:

Kies de juiste partner.
Wanneer je iemand kiest om mee samen te werken, kijk dan niet alleen naar zijn of haar vaardigheden (vakkundigheid), maar ook naar integriteit. Probeer erachter te komen of de persoon betrouwbaar en eerlijk is. Bij voorkeur met dezelfde werkethiek als je zelf hanteert. Vergeet niet dat de klant jouw naam zal koppelen aan die van hem/haar.

Partnerkeuze Alliance experts Hoe kiezen ondernemers hun zakelijke partner? (Bron: Alliance Experts)

Zorg voor een goede taakverdeling.
Wanneer je samenwerkt, leg dan vast wie welke verantwoordelijkheden heeft. Het zou jammer zijn als je er aan het eind van een project achter komt dat je beiden dezelfde taken hebt verricht, en andere taken niet zijn gedaan.

Vraag een VAR aan.
Als alle partners een VAR (Verklaring Arbeidsrelatie) hebben van de belastingdienst, dan kan er geen onduidelijkheid bestaan over het regelmatig inhuren van elkaar als zakenpartner.

Durf te praten over geld.
Als je samenwerkt zullen de financiële zaken zeker een keer ter sprake (moeten) komen. Zet de antwoorden op eventuele vragen vooraf op schrift. En stel eventueel een schriftelijke overeenkomst op waarin je bepaalt hoe elk van de partners wordt betaald.

Wie gaat er met de eer strijken?
Als er met het project iets extra’s te ‘verdienen’ valt, zoals een aanbeveling van de klant of een vermelding van het project in je portfolio, bespreek dan van tevoren wie daar gebruik van mag maken of hoe je het verdeelt.

Mandje ruilen
Eerlijk verdelen…

Wees flexibel.
Een belangrijk aspect van samenwerken is flexibiliteit. Als je projectplanning het toelaat, houd dan ook rekening met de planning van je partner. Zo is bijvoorbeeld de een een ochtendmens en de ander een avondmens (wat ook een voordeel kan zijn, omdat je dan meer uren aan je project kunt werken). Spreek dan af dat je ’s middags overleg hebt.

Eerlijk duurt het langst.
Wanneer je met iemand samenwerkt, en vooral wanneer je de ander ook bewondert, kun je indruk willen maken op elkaar. Laat dit niet van invloed zijn op je project. Als je hulp nodig hebt, vraag er dan om.

Sta open voor kritiek.
Een van de mooie dingen van samenwerking is dat je feedback krijgt van een andere professional, waar je van kunt leren. Als je die feedback krijgt, ga daar dan sportief mee om, ook als je het er niet mee eens bent. Sluit compromissen als dat nodig is.

Ten slotte nog drie tips:

Tip 1. Als je de samenwerking juridisch verder wilt doorvoeren dan met alleen een contract, dan kun je kiezen voor een vof, een maatschap of zelfs een coöperatie of bv. Kort gezegd hangt dat af van de grootte van het risico dat je loopt en het aantal klanten dat je samen hebt.

Tip 2. Vraag advies bij de Kamer van Koophandel of een juridisch adviesbureau of, nee ook: bij ervaringsdeskundigen. Zoek ondernemers die al samenwerken of dat hebben gedaan en vraag om hun do’s en don’ts.

Tip 3. Een praktische: bij samenwerking op afstand is het handig om gebruik te maken van een digitale werkomgeving, waarvan veel voorbeelden te vinden zijn op internet, zoals Zoho, BaseCamp, Conceptboard of specifiek samen schrijven met TypeWithMe.

Meer tips zijn hier natuurlijk welkom. Veel plezier samen!

Waarom je niet moet twitteren in 2011

Je krijgt er teveel vrienden bij.

Als je mensen een tijdje volgt en zij volgen jou, dan bouw je een band op. Het kan zelfs uitmonden in een ware vriendschap als je elkaar ook nog eens IRL (In Real Life, in het echt, dus) ontmoet. Maar ja, wat moet je met al die vrienden? Niet doen, dus. Je zult veel te veel kerstkaarten moeten sturen…

Je krijgt meer werk dan je aankunt.

Als je twittert voor of over je werk en je deskundigheid de twitterwereld ingooit, zou het zomaar kunnen gebeuren dat mensen je ook werkelijk weten te vinden voor opdrachten of een baan. Dus pas op met de tweets die je schrijft.

funny-cartoon-pictures-6Pas op voor andere meningen

Je kunt op Twitter je hart luchten. Er wordt naar je mening ‘geluisterd’. Twitter het wanneer iets je niet bevalt en het zal je verbazen, er is altijd wel iemand het met je eens. Maar misschien wil je een uniek standpunt koesteren? Dan kun je naar hartenlust met tegenstanders in discussie gaan… met het risico dat iemand je weet te overtuigen. Niet doen, dus!

Je wordt veel te wijs.twitter_books

Er is ook veel nuttige informatie te vinden op Twitter. Tweeps (twitteraars, mensen die twitteren) geven goede tips, komen met creatieve ideeën en vermelden handige links. Bovendien kun je zelf vragen stellen (bijvoorbeeld met de hashtag #durftevragen), waarop altijd wel iemand het antwoord weet. Maar wat moet je met al die kennis? Want het geluk is toch met de dommen?

Vooral niet twitteren, dus, in 2011! Mocht je mijn advies in de wind willen slaan, dan kun je me volgen op Twitter.

Relevante artikelen zijn Wie volg je op TwitterMaak je LinkedIn-connecties niet gek en Twitterologie of de kunst van het twitteren.

“Wat doe jij nu eigenlijk?” Vertalen voor niet-vertalers

VanDale foutmeldingWanneer ik vertel wat mijn beroep is, komt men vaak met de vraag: “dus je vertaalt boeken?”. Dat is de associatie die men heeft: de vertaler die zich, gedreven door de wens cultuur en kunst om te zetten naar een een andere taal, bezighoudt met romans, gedichten en verhalen.
Eerlijk gezegd, in de vertaalwereld is de literatuur niet meer dan het topje van een ijsberg.

Wie vertaalt Dan Brown?
En literatuur is niet eens het meest lucratieve specialisme, integendeel, het tarief voor boekvertalingen is laag, anders zouden boeken onbetaalbaar worden. En het is zelfs niet het meest zichtbare. Weet jij bijvoorbeeld wie de vertalers (in veel talen) zijn van de boeken van Dan Brown? Je vindt deze informatie niet op de site van Brown zelf (die overigens wel mooi is [en]). Wel op de officiële Nederlandstalige site [nl]. En in boekrecensies wordt de vertaler vaak alleen genoemd als het boek niet beviel en het misschien ‘een slechte vertaling’ is; want aan de schrijver kan het toch niet liggen?

Ontelbare toepassingen
Behalve van cultuur – aardige gebruiken, volksverhalen en bijzondere, exotische anekdotes waarmee gepronkt kan worden – is de vertaalde tekst veelal een afspiegeling van instellingen, productieprocessen, ecosystemen, sociale omstandigheden, economische systemen, industriële ontwerpen, medische rapporten, stukjes geschiedenis en ga zo maar door. En niet te vergeten de zakelijke correspondentie en cv’s; ook al beweren veel Nederlanders dat ze in ieder geval het Engels goed beheersen.

Schaduwspelersboekomslag De onzichtbare
In de schaduw en op diverse niveaus in de keten verspreiden deze spelers van  het informatiespel feiten en knowhow onder specialisten en leken. Gaandeweg de vertalingen sijpelen noviteiten en uitwisselingen door in denkwijzen en praktijken, en ontstaan er nieuwe ideeën binnen de gemeenschap waarin ze leven. Door dit proces krijgt het nieuw geadopteerde concept niet alleen een marktwaarde maar ook een menselijke waarde. Niet altijd even vreedzaam, trouwens: een sluimerend of openlijk conflict, met de bijbehorende diplomatieke processen, propaganda en technologische ontwikkelingen, kan ook vragen om taalexperts. En dat is niet altijd zonder gevaar. Een recent voorbeeld daarvan zijn de tolken die in Afghanistan voor Nederland werkten en nu bedreigd worden door de Taliban [nl].

Medisch tolken en vertalen
Een ander voorbeeld zijn de arts en zijn buitenlandse patiënt. Voor een correcte diagnose is het van belang dat de juiste medische termen worden gebruikt. Onnodig om uit te leggen wat de financiële en vooral menselijke gevolgen kunnen zijn van een verkeerde interpretatie of vertaling.
Hieronder een ludiek filmpje over een medisch ‘vertaler’, die in dit geval natuurlijk eigenlijk een ‘tolk’ is – de termen worden nog wel eens door elkaar gebruikt.

Op mijn nieuwe website www.bastiaansen.biz [en] is een wat serieuzere video te zien over de inzet van tolken in de gezondheidszorg.
The New York Times plaatste op zijn website een artikel over het isolement waarin anderstaligen kunnen raken wanneer niemand hun taal spreekt of kan uitleggen. Een ziekte of ongeval op zich brengt al veel stress met zich mee, de eenzaamheid van niet weten wat er met je gebeurt, versterkt dit nog eens en is dus niet goed voor het genezingsproces.

Ervaring delen
Ook tussen vertalers onderling wordt overigens veel informatie uitgewisseld. Vertalers zijn doorgaans niet echt bang voor hun concurrenten (al zou dat misschien wel moeten, want de concurrentie is groot, vooral in de gangbare talen als Engels, Frans en Spaans) en delen graag informatie met elkaar, over ondernemerszaken, over taal, over vertaaltechnieken, daarvan getuigen de vele vertalersgemeenschappen op het internet en daarbuiten.
En Google maakt voor Google Translate gebruik van wat er op het web allemaal al is vertaald, en blijft het internet afspeuren om de vertalingen continu te verbeteren. Maar de menselijke invloed is (in ieder geval voorlopig) nog niet te automatiseren.